Voorgeschiedenis tot en met de Eerste Wereldoorlog
Toen Frankrijk na de definitieve val van Napoleon in 1815 door de haar omringende landen werd gedwongen zich rustig te gedragen, keerde in eerste instantie ook in heel Europa de rust terug. In dat zelfde jaar 1815 werd Otto von Bismarck in Pruisen geboren. Hij was de man die 50 jaar later Duitsland als eenheidsstaat schiep, waarmee hij voor jaren het politieke toneel in Europa beheerste. De onrust in Europa keerde terug met de Frans-Duitse oorlog in 1870. Het land werd de jaren daarna steeds brutaler en uiteindelijk leidde dat tot de Eerste Wereldoorlog die van 1914 tot 1918 duurde. Zowel in 1870 als in 1914 was Duitsland de agressor. Terwijl de Duitsers in 1871 nog als overwinnaar uit de strijd kwamen, werden zij in 1918 gedwongen een wapenstilstand te sluiten met de geallieerden, een als maar groter wordende groep landen die samenwerkten om Duitsland te verslaan. De voornaamste leden van deze groep waren de Fransen, de Engelsen, de Amerikanen en, niet te vergeten, de Belgen.
Hoezo België? Bij het begin van de Eerste Wereldoorlog was het de bedoeling van de Duitsers om Frankrijk in een snelle actie onder de voet te lopen.
Nu was Frankrijk aan zijn oostgrens te sterk om dat voor elkaar te krijgen. België bleek de ideale toegangspoort om Frankrijk vanuit het noorden binnen te vallen (zie kaart hierboven). Ineens waren onze zuiderburen in een oorlog verwikkeld, waarmee ze eigenlijk niets te maken hadden. Uiteindelijk was het toch vooral op Belgische en Noord-Franse bodem waar de legers meer dan vier jaar tegenover elkaar lagen ingegraven. De schade was verschrikkelijk. Alles was kapot en geplunderd. Het aantal doden was onvoorstelbaar groot, meer dan 15 miljoen!
De Peel komt in beeld.
Hoewel Duitsland door de loodzware bepalingen in het vredesverdrag, het verdrag van Versailles, voor jaren was uitgeschakeld, begon men niet alleen in Frankrijk maar nu ook in België na te denken over maatregelen die moesten voorkomen dat zoiets vreselijks nog een keer gebeurde. Beide landen begonnen na verloop van tijd aan hun grens met Duitsland verdedigingslinies te ontwerpen en te bouwen. De bekendste is wel de linie die de Fransen hebben aangelegd, de Maginotlinie. En ineens had Nederland een nieuw probleem. Waarom?
Stel je voor, jij en je buren hebben samen een mooie voortuin. Na jaren van bloei gaat er ineens iets mis bij de buren. Er zit ongedierte in hun planten en als de buurman niet snel ingrijpt gaat zijn deel van de voortuin verloren. Hij koopt een bestrijdingsmiddel en spuit dat op de planten. Gevolg is dat zijn planten overleven, maar ook dat de beestjes waar hij last van had nu naar jouw tuin toekomen. Ineens moet jij nu ook wat gaan ondernemen, terwijl je aanvankelijk geen probleem had.
Terug van de tuin naar de grote wereld.
Mocht er een moment aanbreken waarop de Duitsers voor de derde keer agressief werden en en Frankrijk zouden willen veroveren, dan zagen zij nu aan hun grens met België en Frankrijk de deur op slot. De Duitsers zouden moeten zoeken naar een nieuwe noordelijke toegangsdeur en die kon maar op één plek te vinden zijn: in Nederland en dan speciaal in Limburg en Brabant. Kijk je nu nogmaals op de kaart hierboven en dan zie je dat een paar lijnen die de aanval uitbeelden inderdaad dwars door Limburg en Brabant lopen. Gelukkig is het voor wat Nederland betreft in 1914 bij een tekening gebleven. De kans dat wij de volgende keer weer de dans zouden ontspringen werd door de Nederlandse legerleiding, gezien de veranderde omstandigheden klein geacht. Men besloot (niet voor het eerst trouwens) de defensieve waarde van de Peel, een groot moerasgebied op de grens van Brabant en Limburg, nader te onderzoeken.
In 1926 hielden officieren in opleiding van wat nu de K.M.A. (onderdeel van de Nederlandse Defensie Academie) heet een terreinoefening in de Peel en wat de onderzoekers kort daarvoor al hadden gezien werd door hen bevestigd. De Peel bleek helemaal niet zo ontoegankelijk te zijn als altijd werd aangenomen. Grote delen van het vroegere moerasgebied waren ontgonnen. Er waren landerijen, wegen en dorpen ontstaan. Alleen ten noord-oosten van Weert lag nog een groot gebied met kuilen en vennen. Als men het stuk Peel tussen Grave en Weert als verdediging van Brabant wilde inrichten was nagenoeg het hele Nederlandse leger nodig en dat was natuurlijk niet de bedoeling. Teleurgesteld legde de legerleiding de plannen terug in de kast.
De Peel en de Peellanders worden voorbereid op de strijd.
Vanaf 1933, toen Hitler in Duitsland aan de macht kwam, kroop het land langzaam en dreigend uit zijn schulp. Opnieuw begon de Nederlandse legerleiding met belangstelling naar de Peel te kijken. En dit keer kwamen er plannen en ontwerpen die aan de minister werden voorgelegd.
In 1936 keurde hij de voorstellen goed. Wat ging er gebeuren?
Er werden mijnenvelden ontworpen en het opblazen van belangrijke bruggen in de Peel voorbereid. Er werden verspreid over het gebied loodsen gebouwd, waar de explosieven en andere materialen werden opgeslagen. Verder werden er op plaatsen waar doorgaande wegen verder de provincie inliepen openingen in het wegdek gemaakt waar ijzeren balken, zogenaamde ‘asperges” ingestoken konden worden op het moment dat de vijand er aan kwam. Tenslotte werden er ook mensen voorbereid op het werken met deze obstakels. Zo werden bij voorbeeld in alle Peeldorpen burgerarbeiders om medewerking gevraagd. Langzaam drong dus tot de bewoners in deze streek door, dat het menens was met de landsverdediging en dat de oorlog misschien dit keer niet aan hen voorbij zou gaan.
In hetzelfde jaar werd de dreiging vanuit het oosten extra groot. Dat kwam omdat het Duitse leger het Rijnland bezette. Het Rijnland is het gebied ten westen van de Rijn, grenzend aan ondermeer Nederland. Nu was dat gebied al van Duitsland, dus je kunt je afvragen wat er aan deze bezetting zo spannend was.
Een stuk verder terug in de tekst wordt het verdrag van Versailles genoemd. In dat verdrag werd Duitsland ondermeer verboden om soldaten te hebben in het gebied ten westen van de Rijn. Op die manier wilde Frankrijk er voor zorgen dat het niet voor de zoveelste keer werd overrompeld. De bezetting van dat gebied door de Duitsers in 1936 was daardoor een schending van dat verdrag en in die zin een daad van agressie. Maar niemand reageerde, ook de Fransen niet.
De Peel-Raamstelling wordt uit de grond gestampt.
Voor Nederland was deze gebeurtenis samen met het ontbreken van wapengekletter aan geallieerde kant reden om er bij de eigen verdediging nog maar een schepje bovenop te doen.
In 1937 werd nu onderzocht of het mogelijk was om tussen het riviertje de Raam bij Grave en de overgebleven Peelmoerassen bij Weert een tankgracht te graven. Die mogelijkheid was er, maar waar moest het geld vandaan komen om de aanleg te betalen? De oplossing kwam toen iemand op het idee kwam dat de gracht ook geschikt was af afwateringskanaal. Dat betekende dat het kanaal niet alleen een militaire maar ook een economische betekenis had, waardoor de weg vrijkwam om er ook werkloze arbeiders voor in te zetten, iets wat voor enkel militaire objecten niet mocht. En wie geen werk had, kreeg toch al een (kleine) uitkering. Daarmee was het geldprobleem opgelost.
Maar ook toen gingen deze zaken lang niet zo snel als men wilde. Het duurde nog tot de herfst van 1939 voordat de eerste schop in de grond ging. Stel je voor, Duitsland was al in oorlog met Polen, en daarmee met Engeland en Frankrijk en onze militairen lagen al klaar in het veld voor het geval het ook aan onze kant mis kon gaan. Gelukkig gebeurde er nog niets en verliepen de werkzaamheden vanaf dat moment voortvarend, ondanks de strenge winter dat jaar. Het is aan de soldaten, de werklozen uit de Randstad en de vele lokale burgers te danken dat het enorme karwei, bestaande uit het graven van het kanaal, het bouwen van maar liefst 331 kazematten, het oprichten van prikkeldraadversperringen, het leggen van mijnen, het aanleggen van loopgraven en wat er verder nog bij de bouw van een linie komt kijken, op tijd gereed was. De Peel-Raamstelling zoals die nu officieel ging heten – in de volksmond “het defensiekanaal” – was klaar (zie hiernaast). Hij maakte grote indruk op iedereen, ook op de Duitsers. Zij noemden de linie zelfs de “Nederlandse Maginotlinie”. Wellicht wat overdreven, en natuurlijk ook gebruikt om hun overwinning nog groter te doen lijken, maar het zegt natuurlijk toch wel wat.
Klik hier voor de dwarsdoorsnede en plattegrond van het Defensiekanaal (Bron: De Militaire Spectator, maart 1941)